Dominantie: feit of fictie?

De eerste vraag die we onszelf moeten stellen is of de hond zichzelf ziet als een deel van de “roedel” met zijn menselijke familie? Er bestaat geen twjfel over dat honden sociale dieren zijn en dat ze, als ze correct gesocialiseerd zijn, goed kunnen samenleven met groepen van veel verschillende soorten. Maar kan een hond deel uitmaken van een menselijke “roedel”? Tijdens de kritische periode van sociale ontwikkeling resulteert de interactie met nestgenoten en moeder tot een imprenting in de hersenen van de pup. Met andere worden, de pup weet dat hij een hond is, zal een andere hond herkennen en zich ook als een hond gedragen. Dit zal de ontwikkeling van het toekomstig gedrag van de hond vormgeven. Wij accepteren honden in onze menselijke “roedel”, maar de hond kan geen deel zijn van de “roedel” door de interactie en imprenting die de pup gedurende de eerste weken van zijn leven heeft ontvangen. Hij denkt niet als wij, gedraagt zich niet als wij, ruikt niet als wij en leeft niet volgens dezelfde waarden als wij. Behalve onder sommige uitzonderlijke omstandigheden, neigt een roedel er altijd toe uit dezelfde soort te bestaan. John Fisher schreef ooit: “Ik geloof echt niet dat onze honden ons als andere honden zien en daarom wedijveren ze niet met ons om status”.

Als we deze theorie accepteren, kan een hond zichzelf niet zien als een deel van de menselijke “roedel” en zal dus niet proberen zijn status in de hiërarchie te verhogen over ons gewone mensen. Verder wordt de hiërarchie van de hond, volgens Abrantes, gedefinieerd als een “dominantie-onderwerpingsrelatie die wordt verkregen en onderhouden door geritualiseerd gedrag”. Hij gaat verder door te zeggen dat deze relatie afhangt van:

  1. de mate van agressiviteit van de soort
  2. of 2 dieren tot de dood vechten om hun dominantie vast te stellen of dat een zich overgeeft
  3. als er voldoende middlen zijn is er minder strijd
  4. of er een optimale verhouding tussen mannetjes en vrouwtjes bestaat
  5. of de soort in gevangenschap leeft of vrij is
    1. Dit klinkt helemaal niet als een relatie tussen hond en eigenaar, maar zeker wel als een relatie tussen 2 individuen van dezelfde soort.

      Nog een punt om over na te denken is het volgende: omdat onze honden worden voorzien van eten, drinken, onderdak, mentale en fysieke stimulatie en gezelschap en omdat wordt gewaakt over hun gezondheid, is er voor hen geen reden om hun status te willen verhogen. Als ze het ultieme doel van alfa, de ‘tophond’ in het gezin zouden bereiken, zouden ze verantwoordelijk zijn voor alles wat met die positie te maken heeft, zoals bijvoorbeeld het runnen van het huishouden, wat natuurlijk onmogelijk is. Een hond zal een sterke sociale band met zijn baasje en gezin vormen en vice versa, maar kan nooit een deel uitmaken van de menselijke roedel.

      Bezit vormt een groot deel van het probleem.

      Een theorie over dominantie die wetenschappelijk geaccepteerd lijkt, is dat het een kwestie is van winnen of verliezen van middelen en niet van het winnen van een hogere status. Dit zou verklaren waarom sommige honden agressief worden wanneer ze van de bank of uit uw favoriete stoel moeten. Het zou kunnen verklaren waarom sommige honden hun voedsel en hun speeltjes bewaken. In een menselijke definitie van dominantie heeft de hond in deze gevallen een bevelende positie over de situatie. Als dit hetgeval is, met de relatie tussen hond en eigenaar bekeken worden en moeten wijzigingen worden gemaakt na aanbevelingen van een expert.

      Waarom wordt de hond bezitterig over zijn speeltjes of over uw favoriete stoel? Volgens Jean Donaldson is dat:

      1. omdat het ergens in de omgeving wordt versterkt
      2. omdat niemand ooit geprobeerd heeft het anders te doen

      Wanneer een hond op zichzelf is aangewezen, zal hij datgene doen wat hem het meeste oplevert. Wanneer de hond het lonend vindt om op de bank te slapen en dit enige maanden heeft mogen doen, kan hij bezwaar maken tegen iemand die opeens de regels verandert en zegt dat hij daar niet meer mag slapen. Wanneer de hond agressief wordt wanneer de eigenaar probeert de hond van de bank te verwijderen, zal de eigenaar deze agressie verkeerd begrijpen. Hij ziet de hond dan als dominant in plaats van als hond die zijn bezit verdedigt.

      Wat kan u doen?
      Socialisatie: De kritische periode van de socialisatie van een pup ligt tussen de 4 en de 16 weken. Dit is de periode waarin de pup leert dat hij een hond is en die zijn gedrag als volwassen hond vormgeeft. De pup moet worden blootgesteld aan milde stress zodat hij het leven aankan wanneer hij ouder is, andere honden kan ontmoeten, andere mensen en allerlei stimuli waarvan het waarschijnlijk is dat hij die later zal tegenkomen. Omdat de kritische periode begint op de leeftijd van 4 weken is het de verantwoordelijkheid van de fokker om het socialisatie-proces te starten. Idealiter moet een pup binnenshuis opgroeien, waar hij bezoekers kan ontmoeten en zich bewust kan worden van het komen en gaan in een huishouden, gewend kan raken aan de geluiden en stimulerende speeltjes kan hebben om mee te spelen. Dit is ook de tijd dat we heel voorzichtig moeten beginnen met borstelen en inspecteren van ale onderdelen van het lichaam van de pup, zodat deze eraan gewend raakt om aangeraakt te worden. De socialisatie stopt echter niet bij 16 weken, maar blijft zijn hele verdere leven doorgaan.

      Huisregels: Wanneer de goed-aangepaste pup thuis is, moet u hem leren wat hij in huis mag doen en wat niet. Wanneer u niet wilt dat uw hond op de bank ligt, moet u dit ook niet aanmoedigen als hij een pup is. Of leer hem het commando ‘weg’ zodat u de hond als gezelschap op de bank kunt hebben wanneer u dat wilt, maar zal weggaan als u dat vraagt.
      Blijf bij de pup wanneer hij eet: streel de pup zodat hij het prettig vindt mensen om hem heen te hebben tijdens de maaltijden. Doe nog een beetje extra eten in de bak wanneer hij eet, zodat de pup een hand bij de voerbak als een goede zaak ziet.
      Speel trekspelletjes en laat de pup soms winnen. De pup moet trekspelletjes ook zo interpreteren, als een spelletje. Vergeet hem echter niet het commando ‘los’ te leren.

      Leer basisgehoorzaamheid: Het is essentieel om een goed gemanierde hond te hebben. Socialisatie en basisgehoorzaamheid gaan hand in hand. Maak gebruik van op beloning gebaseerde, motiverende trainingsmethoden zodat de hond het lonend vindt. Hoe lonender het is, hoe waarschijnlijker dat het gedrag wordt herhaald. Leer de hond de commando’s ‘los’ en ‘weg’.

      Wees eerlijk: Verwacht niet dat de pup onmiddelijk een perfect huisdier is. Het duurt even om de huisregels en gehoorzaamheid te leren, dus wees geduldig. Honden kunnen alleen op een hondse manier denken en handelen dus ze hebben tijd nodig om te leren wat we verwachten met onze manier van communiceren. Honden zijn gelukkig wanneer ze in een sociale structuur leven. Wanneer er geen structuur is, doen ze gewoon wat hen het meeste oplevert. Straf de pup niet fysiek voor iets wat hij verkeerd doet. De kans is groot dat het uw eigen fout was.

      Met deze tips in het achterhoofd bent u al een goed eind op weg om van uw hond een trouw deel van het gezin te maken. Let wel: zelfs de meest trouwe en lieve hond blijft altijd een hond. Laat hem dus zeker nooit alleen spelen met kleine kinderen!

      Bron: Dominantie: feit of fictie? van Barry Eaton